26 okt 2018

Artikel: Chief Data Officer (m/v) gezocht

0 Comment

Peter De KeyzerAls data de olie zijn van de 21ste eeuw, dan is de overheid potentieel steenrijk. Ze zit op een gigantische berg data. Van gemeente tot gewest, van sociale zekerheid tot gezondheidszorg, van treinverbinding tot elektriciteitsfactuur. Spijtig genoeg gebeurt daar nauwelijks iets mee.

(Artikel door Peter De Keyzer, hoofdeconoom van Growth Inc. en laureaat van de Prijs voor de Vrijheid 2014, zoals gepubliceerd in De Tijd van 26 oktober 2018.)

De overheid brengt een karrenvracht data voort die ze kan gebruiken om belastingen efficiënter te innen, verspilling tegen te gaan, de gezondheidszorg beter in te richten, ziektes puiker te behandelen, fraude op te sporen, het verkeer vlot te trekken of het gerecht betere en snellere beslissingen te laten nemen.

Toch hebben we daar nog een hele weg af te leggen. Inzake de implementatie van informatietechnologie scoort België als geheel niet bijster sterk. Volgens het Wereld Economisch Forum (WEF) staat België wereldwijd pas op de 40ste plaats. Hoewel België enkele jaren geleden een voortrekker was in e-government, hebben we de rol moeten lossen. Voor e-government plaatst het WEF ons op plaats 58, na landen als Nepal, Bangladesh en Kazachstan. Voor een pionier met de elektronische identiteitskaart is dat bijzonder pijnlijk.

Een beter beheer, uitwisseling, verwerking en analyse van data kan de overheid op heel korte termijn veel efficiënter en effectiever maken. Vandaag gebeurt dat nauwelijks. Toch is de technologie voorhanden. De oorzaak is onder meer de volkomen versnippering van bevoegdheden bij de overheid. Iedereen heeft een stukje van de data, maar niemand heeft de uiteindelijke verantwoordelijkheid om ermee aan de slag te gaan. Een volgende federale regering moet dringend werk maken van een volwaardige chief data officer voor de overheid. Iemand die verantwoordelijk wordt voor alle data die de overheid verzamelt, deelt, verwerkt, interpreteert en gebruikt.

Zijn eerste taak is alle bestaande data samen te brengen en op een heldere manier te delen met de bevolking en de beleidsmakers. Een bevolking die geletterd is in het interpreteren van data en cijfers speld je niet zomaar eender wat op de mouw. Dat zou de kwaliteit van het publieke debat en de politieke besluitvorming sterk ten goede komen.

Vandaag zijn er data over zowat alles. Breng ze samen. Leg verbanden. Visualiseer verbanden. En help de bevolking, de politici en de beleidsmakers te begrijpen hoe het land werkt. In Washington D.C. worden alle data over mobiliteit verzameld, gecombineerd en gedeeld op een website. Hoe lang duurt het op dinsdagmiddag om van thuis naar het werk te rijden met de bus? Wat doet regen of sneeuw met mijn gemiddelde reistijd in de auto?

Visualisering

Wie wil weten hoe je datavisualisering aanpakt, bekijkt het best eens de website van USA Datastories. Waar zijn de lonen in de VS het hoogst? Waar in de VS wonen de mensen die het langst pendelen? Welke bevolkingsgroep loopt in Los Angeles het grootste armoederisico? Waar sterven de meeste mensen aan een overdosis? Met dat soort vragen en antwoorden kunnen burgers aan de slag gaan. Een beter beleid begint bij een beter geïnformeerde burger.

In een tweede fase moet werk gemaakt worden van de kwaliteit van de data. Beleidskeuzes worden nog te veel gemaakt op basis van slechte of ontbrekende data. Betere data verzamelen en bestaande data betrouwbaarder maken is de boodschap. Als meer burgers en politici data gebruiken, zal de vereiste kwaliteit ervan stijgen.

Een derde stap is het steeds meer analyseren van data. Politici, overheidsmedewerkers en de bevolking begrijpen in dat stadium steeds beter hoe data eruitzien, hoe je ze verzamelt, hoe je ze correct interpreteert en hoe je ze kan inzetten om de economie en de maatschappij beter te laten functioneren. Steeds meer mensen willen op dat moment een baan in data en de overheid biedt – net zoals al in Nederland – opleidingen tot datawetenschapper aan.

Een laatste stap is dat we een echte datacultuur bereiken. Data worden efficiënt verzameld en geanalyseerd en elke beleidskeuze wordt ermee onderbouwd. Alleen politici die cijfers, data en analyse in de vingers hebben, komen nog aan de bak. Overheidsdepartementen worden geleid door datawetenschappers.

Als we een echte datacultuur uitbouwen, kunnen we België snel en fors doen stijgen in de internationale ranglijsten, voor ICT, maar ook voor competitiviteit, digitale vaardigheden en onderwijs. Een datacultuur kan een katalysator zijn voor een beter beleid en een efficiëntere overheid. De allereerste chief data officer van de Belgische overheid weet hopelijk vanaf volgend jaar wat te doen.

[top]